We zien ze elke dag, maar hoe hoe werken ze? Filosofe Martine Berenpas over de symbolen voor man en vrouw op de wc en het denken van Ernst Cassirer.
Je zit in een restaurant en terwijl je met het gezelschap dat aan tafel bij je zit aan het praten bent, realiseer je dat je hoge nood hebt. Je staat op en oriënteert je op de ruimte van het restaurant. De gehele ruimte staat nu in het teken van het zoeken naar het toilet. Je ziet het plaatje van een man naast een vrouw en loopt erop af. Je hebt het toilet gevonden.
Het plaatje van een mannetje en een vrouwtje verwijst in onze wereld naar de locatie van een toilet. Hoe heeft dit plaatje deze betekenis gekregen? Het plaatje staat niet gelijk met het toilet. Geen restaurant gebruikt, tenzij als grap, een wc-pot als plaatje om te verwijzen naar de dienstdoende toiletten. Waarom gebruiken wij een plaatje van een man en vrouw om mensen er alert op te maken waar zich het toilet bevindt wanneer dit plaatje niet gelijk staat met het toilet?
De pictogrammen die in de wereld worden gebruikt, zijn symbolen. Het symbool stelt een wereld aanwezig die niet samenvalt met de inhoud van het symbool zelf. De ‘oppervlakkig betekenis’ van het plaatje is niet identiek met de wereld waarnaar zij verwijst: het mannetje en het vrouwtje zijn niet gelijk aan het aanwezig zijn van een toilet. Toch weet ieder (Westerse) mens waarnaar het plaatje verwijst. Het symbool ontleent een groot deel van zijn waarde aan het feit dat het door iedereen geaccepteerd wordt. Als ik in mijn huis een plaatje van een waterflesje zou hangen boven de deur waar het toilet zich bevindt, dat zouden veel mensen de link tussen het waterflesje en de wc niet begrijpen. Ze zullen snel vragen waarnaar het symbool verwijst. Ik moet dan vervolgens uitleg geven over de betekenis van het symbool. De wereld waarnaar het symbool verwijst, wordt in dit geval enkel door mijzelf begrepen. Het louter aanwezig zijn van een plaatje boven een deur maakt dus nog niet van een symbool een solide verwijzer. Het symbool moet ten eerste collectief geaccepteerd worden. De meeste effectieve symbolen zijn daarom historisch en cultureel bepaald.
Een tweede kenmerk van het symbool is dat het symbool richting geeft en daardoor een verplichting inhoudt. Het plaatje van het mannetje en vrouwtje geeft de richting aan wanneer ik op zoek ben naar een toilet. Tegelijkertijd houdt het symbool een verplichting in, omdat het symbool mij vertelt dat ik niet overal maar kan gaan staan plassen, maar dat ik het in een apart kamertje moet doen, liefst met de deuren gesloten. Het symbool is meerzinnig; het opent een wereld die niet gelijk staat aan het symbool zelf en het houdt een verplichting in.
Ernst Cassirer (1874-1945) ziet in het feit dat de mens in staat is om symbolen te interpreteren, de bevestiging dat de mens niet te reduceren valt tot loutere mechanische en fysische processen. Volgens Cassirer is het leven een ‘ultimate and self-dependent reality’, welke niet beschreven of verklaart kan worden door de fysica. De mens heeft door de symboliek een nieuwe manier gevonden om zich aan te passen aan de wereld. Door het ontdekken van het symbolisch systeem, is de realiteit van de mens drastisch verandert. Het symbolische denken vereist van de mens dat hij de direct betekenis van een ding transcendeert. Met andere woorden: een symbool vereist van de mens reflectie. De vraag is telkens: “Naar welke realiteit verwijst dit ding?”.
Het symbolieke kan enkel plaatsvinden door middel van het reflectieve; dieren van een lagere orde kunnen daardoor symbolen niet begrijpen. De mens moet volgens Cassirer niet gezien worden als een ‘animal rationale’, maar als een ‘animal symbolicum’. De mens is mens omdat hij in staat is om het gegevene te transcenderen en middels zijn reflectie een wereld te openen. Misschien daarin ligt wel de menselijke vrijheid: de mens is vrij omdat hij in staat is om het plaatje van het mannetje en vrouwtje te interpreteren als het aanwezig zijn van een plaats om rustig te plassen.
Geef als eerste een reactie