De filosoof staat niet buiten de wereld of beschikt over objectieve standaarden om de werkelijkheid te beschrijven. Als we ons losmaken van de mening van anderen, kunnen wij iets zeggen over het leven in de grot. Waarom wordt de filosoof door de grotbewoners om zeep geholpen? Omdat hij niet marktsensitief is.
Wat is marktsensitiviteit?
Marktsensitiviteit ofwel het vermogen van de ketenspelers om heel dicht te zitten op de trends en ontwikkelingen voor de eindgebruiker, blijkt bij uitstek geschikt te zijn voor internet. Dat wat marktsensitief is, is minder waar. Marktsensitief denken wacht op goedkeuring van lezers en zal het denken aanpassen als de lezer het niet zint.
Maar wat de filosoof te vertellen heeft, is per definitie niet leuk. Filosoferen is serieus nemen; je geeft je eraan over niet omdat je verwacht dat een lezer je gelijk zal geven, maar omdat je denkt dat je een belangrijke waarheid over de werkelijkheid op het spoor bent. Filosofie gaat over de grote vragen van het bestaan. Het willen van een mening die bepaald wordt door meningen, is een werkelijkheid willen die minder waar is en vermindert de band die je als mens kan aangaan met de werkelijkheid.
Filosofen doen aan waarheidsvinding. Wanneer ze dat opgeven zijn ze geen filosoof meer, maar hooguit een goede retorica. Filosoferen is een activiteit waarin de filosoof dusdanig betrokken wordt dat hij zich tenslotte zelf verwondert en zich aan die verwondering overgeeft, om met de woorden van Cornelis Verhoeven (Inleiding tot de verwondering) te spreken. De filosoof probeert om inzicht in het bestaan te verwerven, waarin zij hun cultuur proberen te begrijpen en de geest van hun tijd verwoorden. Omdat dit haar doel is, is het doel van de filosoof het filosoferen zelf. Het eindresultaat is dat iets wordt gezegd over de huidige tijd, maar wat er gezegd wordt en waar dit gezegde aan voldaan moet worden is onbekend. Sterker nog, zodra de filosoof daarin beperkt wordt en er grenzen worden opgelegd aan wat ‘nuttig’ en ‘onnuttig’ resultaten zijn van de filosofie, is het filosoferen zelf reeds gestopt.
Waardeninflatie
In De ondergang van het denken stelt Alain Finkielkraut dat het denkend leven als hoogste vorm van cultuur vandaag de dag aan betekenis heeft verloren. Finkielkraut hekelt onze moderne tijd waarin waarden als schoonheid en waarheid, goed en slecht hun universele karakter hebben verloren en de mens een individu is geworden die zelf bepaalt wat de betekenis zijn van deze waarden. Hij spreekt van een waardeninflatie waarin inderdaad het aantal hits dat een blog genereert gelijk staat aan de kwaliteit van de inhoud van die blogs. Gecombineerd met het dogma van de marktsensitiviteit zijn de gevolgen desastreus: het nieuws wordt immers dan bepaald door een site die het meeste aantal bezoekers weet te trekken en die bezoekers zo goed mogelijk kan entertainen.
Wil de lezer dat het gras blauw is? Dan is het nooit groen geweest! Ik chargeer natuurlijk, maar het gelijkstellen van alle waarden en de opkomende neiging om mee te gaan met de mening van de massa, moeten de filosoof wel degelijk zorgen baren. Het denkende leven wordt geleidelijk overgenomen door de hype van de dag en door leeghoofden die ruis verkopen. Leeghoofden zijn soms vermakelijk om naar te luisteren, vooral op zondagavond met een zak chips. Maar ze moeten niet de gehele publieke sfeer bepalen.
Geef als eerste een reactie