Foto: Shades of Orange, door Maurits Verbiest, via Flickr.com
Foto: Shades of Orange, door Maurits Verbiest, via Flickr.com

Niet meer van Ten Broeke’s identiteitspolitiek

Over de problemen van identiteitspolitiek. Filosoof Floris Schleicher reageert op Volkskrant-columnist Asha ten Broeke’s betoog voor meer identiteitspolitiek.

Volgens Asha ten Broeke (De Volkskrant, 28 juni) hebben we meer identiteitspolitiek nodig. Ze vindt de kritiek die op identiteitspolitiek wordt gegeven overtrokken. Ik ben het niet met haar eens. Haar positie is volgens mij exemplarisch voor een te weinig zelfkritisch links. Op zijn minst zal identiteitspolitiek moeten veranderen, want we hebben niet meer van Ten Broeke’s identiteitspolitiek nodig. Voor haar, en voor ieder ander die de kritiek op identiteitspolitiek niet waardeert, zal ik uitleggen wat identiteitspolitiek is en wat de problemen met identiteitspolitiek zijn.

Onder identiteitspolitiek vallen verschillende politieke posities die uitgaan van het perspectief en de belangen van een bepaalde (minderheids)groep. Het kan hier bijvoorbeeld gaan om mensen met een donkere huidskleur of vrouwen. Over het algemeen gaat het om groepen die op een of meerdere manieren zijn achtergesteld ten opzichte van de groep waartegen ze zich afzetten – bijvoorbeeld witte mensen of mannen. Dat deze groepen achtergesteld zijn, geeft de identiteitspolitiek legitimiteit; ze strijden immers tegen onrechtvaardigheid. Zo vochten Martin Luther King en Nelson Mandela terecht tegen onrechtvaardigheden die personen met een donkere huidskleur ten deel vallen.

Er zijn echter verschillende vormen van identiteitspolitiek en het soort identiteitspolitiek van Ten Broeke kan zeer goed bekritiseerd worden. Zij neemt het bijvoorbeeld op tegen speelgoedwinkels, omdat zij een jongen als model kiezen voor een ridderkostuum. Dit is duidelijk geen zaak van leven of dood. Haar betoog voor genderneutraliteit voor jonge kinderen is, als het al niet irrelevant is, misschien wel onderdrukkend – je moet het niet opleggen aan anderen en zeker niet kleine kinderen. Daarnaast is haar activisme zelfs gevaarlijk wanneer ze zich inzet voor de acceptatie van dikke lichamen. Dit doet ze, terwijl obesitas een van de grootste gevaren is voor de volksgezondheid. Toegegeven, we moeten dikke mensen wel als mensen behandelen. Maar dat dikke mensen ook mensen zijn, neemt niet weg dat te dik zijn gevaarlijk is en dat er daarom terecht een stigma op heerst. Een ander voorbeeld kan dit probleem misschien nog duidelijker illustreren. Regelmatig is diversiteit het ideaal van de hedendaagse identiteitspolitiek. Grote of vooruitstrevende bedrijven moeten dan een divers bestuur hebben op basis van onder andere sekse, seksuele oriëntatie en huidskleur. Maar bij dit ideaal wordt dan vergeten te focussen op de uitbuiting van de natuur en van werknemers die vaak door diezelfde bedrijven wordt veroorzaakt. Natuurlijk kun je voor beide problemen aandacht hebben. Maar activisten als Ten Broeke moeten duidelijker inzien dat meer diversiteit of genderneutrale rompertjes kopen niet alleen niets helpt tegen de meest fundamentele ongelijkheden, maar zelfs onderdeel is van het kapitalistische systeem dat fundamentele ongelijkheid in stand houdt. Kritiek op die fundamentele onrechtvaardigheid ontbreekt bij hedendaagse identiteitspolitiek.

Er zijn twee grote problemen voor dat soort identiteitspolitiek.

Ten eerste leidt die regelmatig af van veel ernstigere problematiek. Martin Luther King en Nelson Mandela vochten nog tegen grootschalige onrechtvaardige segregatie. Dit was en is duidelijk een groot maatschappelijk probleem. Daarentegen richt de hedendaagse identiteitspolitiek zich op veel minder belangrijke problemen.

Behalve dit probleem, de relatief onbelangrijke onderwerpen van de hedendaagse identiteitspolitiek, speelt er een tweede probleem: identiteitspolitiek polariseert vaak. Aangezien identiteitspolitiek gaat over achterstelling of onderdrukking, is er altijd een geprivilegieerde of onderdrukkende groep. Die groep wordt als boosdoener gezien. Dit kan leiden tot zwart-witbeelden van de samenleving. Soms letterlijk. Sommige activisten bestempelen iedere witte man automatisch tot racist. Er zijn een hoop racisten en racistische praktijken in de wereld, maar dergelijke zienswijzen zijn wel erg boud. Toegegeven, het kan noodzakelijk zijn om te polariseren: Mandela moest bijvoorbeeld ten strijde trekken tegen racisme omdat het erg hardnekkig met de Zuid-Afrikaanse samenleving verweven was, en is. Maar polariseren is lang niet altijd goed voor de samenleving.

Hedendaagse identiteitspolitiek zorgt echter wel voor polarisatie, met haar inzet tegen pseudoproblemen. Politieke verandering vraagt juist regelmatig om een verbindend verhaal dat bij hedendaagse identiteitspolitiek vaak ontbreekt. Hierdoor schiet het al snel zijn doel voorbij. Dit is vooral zichtbaar bij de jongere generatie. Social justice warriors zien we daar tegenover de alt-right staan en olie op elkaars vuur gooien. Dit moeten we niet willen. Hierbij moet er bij links niet alleen met het vingertje wijzen naar polariserend rechts, maar ook kritisch zijn op zichzelf. Het is dus duidelijk dat we niet meer van Ten Broeke’s identiteitspolitiek nodig hebben.

 

Over Floris Schleicher 7 Artikelen
Floris Schleicher is filosoof en docent filosofie, maatschappijleer en maatschappijwetenschappen. Zijn interessegebieden binnen de filosofie zijn onder andere het gedachtegoed van de Frankfurter Schule en van de hedendaagse filosofen Byung- Chul Han en Slavoj Žižek.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*