Filosofe Martine Berenpas bekijkt de verschraling van het morele appel in onze online wereld. Kunnen we het zonder een gezicht te zien?
In een podcast This American Life van begin dit jaar ging het over cyber bullying. De podcast, met de titel If you don’t have anything nice to say, SAY IT IN ALL CAPS, ging in op het frequente fenomeen van schelden, intimidatie en bedreigingen op het internet. In de podcast gaat een slachtoffer van cyber bullying de dialoog aan met de dader. In de podcast is te horen hoe zij de dader belt en hem vraagt waarom hij haar zo heeft behandeld. Opvallend was dat de simpele waarom-vraag al voldoende was om de dader aan te spreken op zijn verantwoordelijkheid. Met een van spijt gevulde “ik weet het niet” nam de dader volle verantwoordelijkheid voor zijn handelen.
Het is duidelijk dat er achter het onomstotelijke gemak dat internet en sociale media in het bijzonder, ons biedt, ook een grote mate van ongemak schuilt. De manier van communiceren is fundamenteel veranderd; niet alleen kunnen we nu met veel meer mensen communiceren; de toon en aard van de communicatie is veranderd. Communiceren doen wij nu voornamelijk via email en sociale media en is niet enkel beperkt tot face-to-face contact. De ander is veelal onzichtbaar geworden; wat wij van hem horen is enkel getypte woorden die als losse flodders zonder context op het internet zweven.
Terug naar het verhaal van de cyber bully; wat ik me blijf afvragen is of deze man ook zijn morele verantwoordelijkheid had genomen als hij door het slachtoffer via internet was benaderd en niet via de telefoon. Met andere woorden: laat het internet het toe om iemand aan te kunnen spreken op zijn morele verantwoordelijkheid?
Het traditionele mensbeeld van schuld, boete en vergeving hebben de meeste Westere mensen vandaag de dag achter zich gelaten. De moraal kent daardoor tegenwoordig alleen concrete, situatie-gebonden, aan de individuele verantwoordelijkheid overgelaten vereisten. Willen wij iemand verantwoordelijk houden, dan dienen wij hem aan te spreken op zijn handelen. Dit aanspreken gebeurt in het geval van het slachtoffer in This American Life door de waarom-vraag. Kennelijk fungeert de waarom-vraag hier niet zozeer als een vraag naar kennis van een feit (het slachtoffer is volgens mij prima in staat om uit te zoeken wat de mogelijke redenen zijn voor cyber bullying), maar is veel meer een moreel appel. Ze wil begrijpen wat de dader bezielde om zo tegen haar tekeer te gaan; niet omdat ze daarmee haar kennis kan vergroten maar omdat ze op zoek is naar het menselijk verlangen zich verbinden met de ander. Het willen verbinden met de ander is de motivatie om een dialoog met iemand te starten en vanuit het verlangen zich met de ander te willen verbinden ontstaat empathie en morele verantwoordelijkheid.
In Totalité et Infini verbindt Emmanuel Levinas het morele appel om verantwoordelijkheid te nemen voor de ander niet alleen aan de dialoog, maar ook aan het gezicht van de ander. Levinas ziet het gezicht van de ander als symbool voor de kwetsbaarheid van de ander; iets wat dus niet enkel door de dialoog kan worden bewerkstelligd.
Het internet is een toren van Babel aan anonieme meningen van mensen waar wij geen gezicht bij hebben. En zelfs als we wel weten hoe ze eruit zien, kan er nog steeds een dusdanig afstand bestaan dat het morele appel om verantwoordelijk te zijn voor de ander gedempt wordt. George Bataille stelt in zijn boek Histoire de l’Oeil dat een sadist iemand is die op geen enkel opzicht betrokken is op de ander. Vanuit dit standpunt kunnen we gemakkelijk begrijpen waarom agressie, cyber bullying en bedreigingen aan de orde van de dag zijn op het internet; in een bepaalde manier maakt de geanonimiseerde wereld van het internet de sadist in ons wakker.
Verleiding is vaak het wapen tegen verlorenheid. Ik wil daarmee geenszins suggereren dat het internet een broedplaats is voor sadisten, noch dat het internet op geen enkele wijze ons aanspreekt op onze morele verantwoordelijkheid. Wat ik wel wil oplichten is ons veranderd levensritme waarin er iets verloren is gegaan van onze typisch menselijke manier van communiceren. Het elkaar aankijken, het interpreteren van elkaar lichaamstaal en het luisteren naar het ritme, de klank en de intonatie van het gesproken woord zijn essentiële aspecten voor menselijke verbinding en wederzijdse empathie.
Terugkomend bij het gesprek tussen slachtoffer en dader in This American Life; de dader is een aantal keer via twitter aangesproken op zijn gedrag, maar dat veranderde zijn gedrag niet. Waarom slaagde het telefoongesprek daar wel in? Mijns inziens omdat door het telefoongesprek het slachtoffer een gezicht kreeg voor de dader; hij stond een op een met haar in contact. Dit bleek al voldoende te zijn om een moreel appel op de dader te kunnen doen.
Is het morele appel door de opkomst van het internet aan het verschralen? Ik denk dat dat inderdaad het geval is. Iets wezenlijks van onze typisch menselijke manier van communiceren gaat verloren en dat heeft hoe dan ook consequenties. Wat wij kunnen doen is ons dit te realiseren, zodat wij via kritische zelfreflectie wellicht de ander in de digitale manier op een andere manier een gezicht kunnen geven.
Geef als eerste een reactie